#563: Times are changing

Zo’n 5 jaar geleden was opsporing en vervolging van financiële fraude door financiële instellingen te onderzoeken nog een speerpunt van het Openbaar Ministerie en de FIOD. In Vaklunch #302 stond het jaarbericht van de FIOD voor 2019 centraal. Daarin werd de volgende expliciete oproep gedaan aan financiële dienstverleners: “Naast het voldoen aan hun wettelijke verplichtingen doen we als FIOD een beroep op de maatschappelijke verantwoordelijkheid van poortwachters zoals banken, financieel dienstverleners en accountants bij het voorkomen en bestrijden van witwassen, corruptie en terrorismefinanciering.” Daar is – met wetgeving en risico’s voor de eigen reputatie als stok achter de deur – massaal gehoor aan gegeven. De naleving van de Wwft-verplichtingen is niet meer weg te denken uit het financiële domein. Kan het Openbaar Ministerie de eigen focus verschuiven naar andere domeinen?

LEES VERDER

#561: Witwaskompas van het OM – geldezel, witwasser of facilitator?

Eind vorig jaar publiceerde het Openbaar Ministerie een online enquête waarin Nederlanders worden verzocht hun mening te geven over witwassen. Daarmee beoogt het Openbaar Ministerie te peilen hoe de samenleving denkt over de bestraffing van strafbare feiten. De resultaten worden dan ook meegenomen bij de evaluatie van de strafvorderingsrichtlijnen over dit onderwerp.

LEES VERDER

#544: Ain’t nobody got time for that!

In onze praktijk komen wij vaak tegen dat strafrechtelijke onderzoeken veel tijd in beslag nemen. Het gaat veelal niet om maanden, maar jaren. Dat kan verschillende redenen hebben. Zo kan het onderzoek zich over de landsgrenzen heen bewegen, wordt er druk onderhandeld tussen de verdediging en het OM of zorgen de vele schakels in de keten voor vertraging. In elk geval schrijft artikel 6 EVRM voor dat een strafzaak binnen een redelijke termijn moet zijn afgedaan. Dat is echter niet altijd het geval, zo was ook de situatie in een recent gepubliceerd vonnis van de rechtbank Oost-Brabant waarin stevige consequenties aan die overschrijding zijn verbonden.

LEES VERDER

#542: Geen opzet? Geen gezicht!

Fraudezaken spelen zich vaak af in het bedrijfsleven. Maar het zijn de natuurlijke personen die  dergelijke zaken een gezicht geven. Niet voor niets hanteert het Openbaar Ministerie (OM) als beleid dat het ‘feitelijke leidinggevers’ vervolgt. Dat is echter niet mogelijk wanneer bewijs voor opzet ontbreekt. Dat onderstreept de Hoge Raad in een arrest van 5 september 2023.

LEES VERDER

#540: Proportionaliteit is key

De handhaving van de Wwft-regels bij banken heeft de afgelopen jaren veel stof doen opwaaien. Naast de twee mega schikkingen van ING en ABN, kreeg ook online-bank Bunq in 2019 een aanwijzing (en later boetes) omdat het de antiwitwaswetgeving niet voldoende zou hebben nageleefd. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) oordeelde eind 2022 hierover dat deze aanwijzing voor een groot deel onterecht was. Vorig week is als vervolg daarop de uitspraak van de rechtbank Rotterdam gepubliceerd, waarin zij een oordeel velt over de overeind gebleven boetes.

LEES VERDER

#528: Een beheersbare Wwft-meldingenstroom

Banken hebben een belangrijke functie als het gaat om de bestrijding van witwassen. Ze worden ook wel de ‘poortwachters tegen witwassen’ genoemd. De afgelopen jaren zijn meerdere grote banken in Nederland fors op de vingers getikt omdat zij zich niet (voldoende) hielden aan de verplichtingen in de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Ondertussen klagen banken dat de uitvoeringsrichtlijnen vaag zijn waardoor het te moeilijk wordt gemaakt om de verplichtingen na te leven. Daar komt nu (hopelijk) verandering in: vorige week publiceerde de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) samen met De Nederlandsche Bank (DNB) de eerste vijf van een reeks nieuwe ‘standaarden’ die een risk-based en daarmee effectiever toezicht van banken mogelijk moet maken.

LEES VERDER

#522: Be green or die trying

Environmental Social Governance (ESG) is niet meer weg te denken uit het bedrijfsleven. Hoewel wij Europeesrechtelijke verankering van diverse ESG-wetgeving toejuichen, hebben wij onze bedenkingen over de in de media geuite geluiden om ESG-verplichtingen te handhaven via het Nederlandse strafrecht.

LEES VERDER

#513: Witwassen, valsheid, ontneming

Met de ontnemingsmaatregel kan na een veroordeling wederrechtelijk verkregen voordeel worden afgepakt. De gedachte hierachter is dat misdaad niet mag lonen. Maar om voordeel te kunnen ontnemen, moet wel vast komen te staan dat daadwerkelijk voordeel is behaald. Dit blijkt geen sinecure als het gaat om valsheid in geschrifte of witwassen. Uit een recente uitspraak blijkt gelukkig dat de ontnemingskamer van de rechtbank Amsterdam dit goed in de vingers heeft.LEES VERDER

#501: Wat niet weet, deert wél

Het voorkomen van witwassen en financiering van terrorisme is één van de speerpunten van het Openbaar Ministerie. De miljoenentransactie met ING in 2018 bleek het startschot voor een reeks strafrechtelijke onderzoeken, waarvan het einde nog niet in zicht lijkt. Naast de usual suspects, zoals banken, accountants en notarissen, zijn steeds vaker ook (rechts)personen met een minder duidelijke poortwachtersfunctie onderwerp van onderzoek. De vraag is echter of van hen kan worden verwacht dat zij de financiële regelgeving even goed in de vingers hebben als de klassieke poortwachters.

De Wwft is in het leven geroepen om de kans op vermenging van geld tussen onder- en bovenwereld te verkleinen. Van beroepsgroepen die te maken krijgen met grote geldstromen, wordt verwacht dat zij waarborgen inbouwen om risico’s op misbruik zo veel mogelijk in te perken. Onder de Wwft vallen financiële instellingen zoals banken en beleggingsinstellingen, maar ook makelaars, belastingadviseurs en personen die handelen in (luxe)goederen. Uit de Wwft vloeien verschillende verplichtingen voort, waaronder een verplichting om cliëntenonderzoek te doen en een meldplicht bij ongebruikelijke transacties. Het niet voldoen aan deze verplichtingen is via de Wet op de Economische Delicten (WED) strafbaar gesteld. Er bestaat steeds een opzettelijke variant (misdrijf) en een schuldvariant (overtreding).

Voor invulling van opzet bij WED-feiten wordt op basis van vaste rechtspraak de kleurloze variant gehanteerd. Dat betekent dat de verdachte zich niet bewust hoeft te zijn van de wederrechtelijkheid van zijn of haar handelen of nalaten om tot een bewezenverklaring van opzet te komen. Voor bewezenverklaring is vereist dat de verdachte willens en wetens de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat de strafbaar gestelde gedraging zich zou voordoen (voorwaardelijk opzet).

Daar komt bij dat kennis van de wet- en regelgeving bij economische delicten in beginsel wordt verondersteld. Wie de geldende regels niet kent, wordt in feite verweten dat hij of zij zich onvoldoende heeft laten voorlichten en daardoor bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard op overtreding van de regels. Dat betekent dat het niet kennen van de wet in beginsel leidt tot een bewezenverklaring van opzet. Alleen wie de regels wél kent, maar deze niet naleeft omdat hij of zij bijvoorbeeld gerechtvaardigd kan vertrouwen op advies van een derde, kan in plaats van opzet schuld worden verweten. Advocaat-Generaal Wattel schreef hierover in 2019:

De contra-intuïtieve conclusie is dat (slechts) culpoze schending van – bijvoorbeeld – een meldplicht alleen denkbaar is als de verdachte die meldplicht kende (hij dacht ten onrechte dat hij er aan voldaan had, dus hij kende haar), terwijl doleuze overtreding steeds gegeven is als hij die meldplicht niet kende. Ik weet niet of ik dit overtuigend aan ondernemers zou kunnen uitleggen.

Dat laatste zijn wij roerend met Wattel eens. Het is goed te volgen dat kennis van de regelgeving wordt verondersteld bij bijvoorbeeld banken en verzekeraars. Financiële instellingen hebben immers een belangrijke maatschappelijke functie en van hen mag worden verwacht dat zij zich inspannen om de integriteit van het financiële stelsel te waarborgen. Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld notarissen en accountants. Van dit soort beroepsgroepen wordt verwacht dat de beoefenaren hun kennis van de regelgeving up to date houden. Wie de Wwft niet naleeft, kan onder meer via het tuchtrecht worden gesanctioneerd.

Bij handelaren (ondernemers) ligt het een stuk genuanceerder. Wie dure goederen in- of verkoopt, zoals juweliers of autohandelaren, kan redelijkerwijs begrijpen dat vanwege de grote (contante) geldstromen een risico op witwassen bestaat en dat dus extra waarborgen moeten worden ingebouwd. Bovendien zullen deze ondernemers doorgaans een accountant hebben die hen op de regels wijst. Maar de Wwft geldt ook voor handelaren in “gewone” goederen, zoals bloemisten, boekhandels of doe-het-zelf vogelhuisjesbouwers. De Wwft-verplichtingen treden voor hen weliswaar pas in als zij grote betalingen contant ontvangen, maar er zijn absoluut situaties denkbaar waarin dat voorkomt zonder dat sprake hoeft te zijn van (een vermoeden van) witwassen. Is het dan redelijk om te veronderstellen dat die bloemist, boekverkoper of vogelhuisjesbouwer op de hoogte is van alle Wwft-verplichtingen? Kunnen deze handelaren langs dezelfde meetlat worden gelegd als poortwachters, die uit hoofde van hun functie van alle regelgeving op de hoogte zijn?

De tendens die het OM heeft ingezet, om harder op te treden tegen schendingen van de Wwft, leidt ertoe dat naast klassieke poortwachters tegen steeds meer reguliere ondernemers een onderzoek wordt gestart. Volgens ons is het huidige toetsingskader voor die gevallen ongeschikt, en levert dit onrechtvaardige jurisprudentie op. Opzet zou wat ons betreft – in elk geval in dit soort gevallen – kleurrijk moeten zijn in plaats van kleurloos.

Heb je hier vragen over of wil je hierover van gedachten wisselen met ons? Neem dan contact op met ons op via vaklunch@hertoghsadvocaten.nl.

#485: Melden, melden en… oh ja, melden!

Het afgelopen jaar toonde een sterke toename van het aantal meldingen van ongebruikelijke transacties, zo meldt de Financial Intelligence Unit (FIU) in haar recent verschenen jaaroverzicht 2021. Dat betekent dat nóg meer data is verzameld die beoordeeld moet worden. Kan de FIU deze meldingen allemaal verwerken? De FIU is hier in haar rapport positief over, maar uit een aantal gezaghebbende hoeken klinkt recentelijk ook kritiek. De vraag rijst of al die meldingen wel effectief zijn of dat ze hun doel voorbij streven.LEES VERDER

Loading new posts...
No more posts