#605: Ruslandsancties – poging opzettelijke uitvoer

Vanaf de start van de oorlog in Oekraïne op 25 februari 2022 hield de Douane ruim 700 zendingen tegen in verband met nader onderzoek naar de Ruslandsancties. Dat blijkt uit een recente update van de Staatssecretaris van Financiën. Een deel van die zaken eindigt met een strafbeschikking wegens een poging tot opzettelijke uitvoer. Daar hebben wij gemengde gevoelens bij.

LEES VERDER

#604: Het verschoningsrecht: de achterdeur moet dicht!

In 2024 stond het verschoningsrecht volop in de schijnwerpers, en daar schreven wij ook veelvuldig over (#557, #569, #592 en #595). In 2023 werd al geconstateerd dat het OM het verschoningsrecht had geschonden in de zaak Castor en in november van dit jaar kwam deze procedure eindelijk ten einde. Eind goed al goed zou je denken, want het Openbaar Ministerie predikt het verschoningsrecht hoog in het vaandel te hebben staan. Toch blijkt uit een recente conclusie van AG Spronken dat het Openbaar Ministerie nu ter discussie stelt of bepaalde processtukken onder het verschoningsrecht vallen en dit maar al te graag ophalen via de achterdeur.

LEES VERDER

#603: Maatwerk in belastingfraudezaken

In een recente uitspraak van rechtbank Overijssel zien we een strafrechter die met oog voor de omstandigheden maatwerk levert bij het opleggen van een straf in een belastingfraudezaak. Het vonnis laat zien hoe een zorgvuldige afweging van factoren kan leiden tot een passende afdoening. Het geleverde maatwerk roept de vraag op of de belastingrechter bij het opleggen van bestuurlijke boetes meer een voorbeeld zou moeten nemen aan de strafrechter en er meer maatwerk nodig is in belastingfraudezaken.

LEES VERDER

#602: aanwijzing zelfmelden, medewerking en zelfonderzoek

Op 22 november 2024 publiceerde het Openbaar Ministerie de langverwachte Aanwijzing zelfmelden, medewerking en zelfonderzoek (hierna: de aanwijzing). Hierin worden de voorwaarden en richtlijnen geschetst voor zelfmelden van mogelijke strafbare feiten binnen de sfeer van een rechtspersoon, medewerking aan een potentieel opvolgend strafrechtelijk onderzoek en bijdragen aan de waarheidsvinding door zelfonderzoek. Met de aanwijzing wordt beoogd efficiëntie in strafrechtelijke onderzoeken te bevorderen door een korting van 25 tot 50% op het transactiebedrag of de geldboete te bieden in geval van zelfmelding en medewerking. De inhoud van de aanwijzing is interessant, maar de leemtes erin zijn minstens zo opmerkelijk.

LEES VERDER

#600: De bewijsbestemming van een aangifte die geen aangifte is

Onlangs publiceerde de advocaat-generaal  (A-G) een heldere conclusie, die bevestigt dat het een belastingplichtige vrijstaat om een standpunt in een fiscale procedure te bepalen, zonder dat het geschrift waarin dit standpunt is vastgelegd, automatisch als vals kan worden bestempeld. Dit advies is interessant omdat het ingaat op de vraag wanneer een bezwaarschrift (ofwel standpuntbepaling) een bewijsbestemming heeft, en wanneer een stuk als zodanig moet worden beschouwd, meer specifiek in relatie tot een belastingaangifte.

LEES VERDER

#599: Halt aan schuldoordelen bij art. 530 Sv

In drie recente beschikkingen (ECLI:NL:GHAMS:2024:3024, ECLI:NL:GHAMS:2024:3028 en ECLI:NL:GHAMS:2024:3029) heeft het gerechtshof Amsterdam verzoeken om vergoeding van de advocaatkosten op grond van artikel 530 Sv toegewezen. Het hof benadrukt in de beschikkingen dat de onschuldpresumptie, zoals neergelegd in artikel 6 lid 2 EVRM en uitgewerkt in de jurisprudentie van het EHRM, vereist dat de motivering in artikel 530 Sv-procedures geen vorm van schuldoordeel bevat. Een duidelijk signaal naar de rechtspraktijk, nu de grenzen van de onschuldpresumptie toch te vaak worden opgezocht.

LEES VERDER

#597: Gerechtvaardigd vertrouwen bij een transactie?

Op 22 oktober 2024 wees de Hoge Raad een relevant arrest over de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie nadat een transactie werd gesloten met de verdachte ter afdoening van – in ieder geval – een witwasverdenking. De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het hof ’s-Hertogenbosch, waarin werd vastgesteld dat het OM niet-ontvankelijk was vanwege deze transactie, die de verdachte gerechtvaardigd vertrouwen zou hebben gegeven dat hij niet voor andere feiten zou worden vervolgd. Hoe is het mogelijk dat onduidelijkheid bestaat over de reikwijdte van een transactie? Ook wij vinden het een bijzondere situatie. En aan wie is het dan om helderheid te verschaffen? Heeft het OM een mededelingsplicht of de verdachte een onderzoeksplicht?

LEES VERDER

Loading new posts...
No more posts