#544: Ain’t nobody got time for that!

In onze praktijk komen wij vaak tegen dat strafrechtelijke onderzoeken veel tijd in beslag nemen. Het gaat veelal niet om maanden, maar jaren. Dat kan verschillende redenen hebben. Zo kan het onderzoek zich over de landsgrenzen heen bewegen, wordt er druk onderhandeld tussen de verdediging en het OM of zorgen de vele schakels in de keten voor vertraging. In elk geval schrijft artikel 6 EVRM voor dat een strafzaak binnen een redelijke termijn moet zijn afgedaan. Dat is echter niet altijd het geval, zo was ook de situatie in een recent gepubliceerd vonnis van de rechtbank Oost-Brabant waarin stevige consequenties aan die overschrijding zijn verbonden.

LEES VERDER

#543: Stap voor stap

Buiten onze landsgrenzen wordt er vaak verbaasd gereageerd wanneer wij uitleggen dat in Nederland het Openbaar Ministerie niet per se een specifiek gronddelict hoeft te hebben om witwassen te bewijzen. Die verbazing neemt alleen maar toe als wij toevoegen dat er van de verdachte een verklaring verwacht kan worden als het OM feiten en omstandigheden presenteert die zonder meer een vermoeden van witwassen rechtvaardigen. Dit gaat erg ver. En daarom verwachten wij dat het OM het vermoeden van witwassen baseert op zeer stevige feiten en omstandigheden. Dat is in de praktijk niet altijd het geval, zo blijkt ook uit een recent vonnis van rechtbank Overijssel.LEES VERDER

#542: Geen opzet? Geen gezicht!

Fraudezaken spelen zich vaak af in het bedrijfsleven. Maar het zijn de natuurlijke personen die  dergelijke zaken een gezicht geven. Niet voor niets hanteert het Openbaar Ministerie (OM) als beleid dat het ‘feitelijke leidinggevers’ vervolgt. Dat is echter niet mogelijk wanneer bewijs voor opzet ontbreekt. Dat onderstreept de Hoge Raad in een arrest van 5 september 2023.

LEES VERDER

#541: De anticlimax die Prokuratuur heet

Vormverzuimen zijn er in alle soorten en maten. Hoewel ze met regelmaat voorkomen, is de teneur de afgelopen jaren dat het weinig zin heeft om er verweer op te voeren, omdat de kans op een bevredigende uitkomst klein is. Een recent vonnis van rechtbank Zeeland-West-Brabant is geen uitzondering op die regel. Toch besteden wij kort aandacht aan deze zaak. Het gaat namelijk om een bijzonder soort vormverzuim.

LEES VERDER

#540: Proportionaliteit is key

De handhaving van de Wwft-regels bij banken heeft de afgelopen jaren veel stof doen opwaaien. Naast de twee mega schikkingen van ING en ABN, kreeg ook online-bank Bunq in 2019 een aanwijzing (en later boetes) omdat het de antiwitwaswetgeving niet voldoende zou hebben nageleefd. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) oordeelde eind 2022 hierover dat deze aanwijzing voor een groot deel onterecht was. Vorig week is als vervolg daarop de uitspraak van de rechtbank Rotterdam gepubliceerd, waarin zij een oordeel velt over de overeind gebleven boetes.

LEES VERDER

#539: Goddelijke verschoning

Verschoning betekent ook wel verontschuldiging – wie om verschoning vraagt, zoekt vergiffenis. Of de verdachte in een recente zaak is vergeven, weten wij niet, maar het recht op verschoning heeft wél geleid tot niet-ontvankelijkheid van het OM.

LEES VERDER

#536: Proceskostenvergoeding in boeteprocedures en 6 EVRM

In #511 concludeerden wij al dat het fiscale boeterecht de kinderschoenen is ontgroeid. Geen wonder dat cliënten de vernietiging van een fiscale boete in de praktijk ervaren als een ‘vrijspraak’. In het strafrecht bestaat in zo’n geval recht op een proceskostenvergoeding. In boeteprocedures bestaat die mogelijkheid ook, al komt de ‘vrijgesproken’ boeteling vaak van een koude kermis thuis. Wij leggen hierna uit hoe dat komt en waarom wij dat onterecht vinden.

LEES VERDER

Loading new posts...
No more posts