#578 FIOD inval Gom van Strien: mosterd na de maaltijd

Afgelopen vrijdag verscheen een nieuwsbericht over de FIOD inval bij Gom van Strien, PVV-senator en voormalig verkenner voor de kabinetsformatie. De zoeking volgt ruim zes maanden nadat journalisten publiekelijk bekendmaakten dat er een onderzoek loopt tegen Van Strien wegens een verdenking van oplichting en omkoping. Een gevalletje mosterd na de maaltijd?

LEES VERDER

#542: Geen opzet? Geen gezicht!

Fraudezaken spelen zich vaak af in het bedrijfsleven. Maar het zijn de natuurlijke personen die  dergelijke zaken een gezicht geven. Niet voor niets hanteert het Openbaar Ministerie (OM) als beleid dat het ‘feitelijke leidinggevers’ vervolgt. Dat is echter niet mogelijk wanneer bewijs voor opzet ontbreekt. Dat onderstreept de Hoge Raad in een arrest van 5 september 2023.

LEES VERDER

#516: Schijn bedriegt

Het delict oplichting spreekt sterk tot de verbeelding. Iedereen heeft zich wel eens opgelicht gevoeld: op Marktplaats.nl, bij de fietsenmaker of zelfs gewoon bij het afrekenen in de supermarkt. Maar schijn bedriegt: hoewel alle oplichting bedrog is, is bedrog niet altijd oplichting. Dat vindt ook het hof Den Haag.

LEES VERDER

#455: Picture or it didn’t happen

De drang om berichten in beeld te vatten is menselijk. Vaak komt de boodschap ook beter over dan in schriftelijke vorm. En dat is niet voor niets: een beeld zegt meer dan duizend woorden. Dat geldt voor positieve berichten, maar zeker ook voor negatieve berichten. Foto’s zijn een goed middel om het effect van naming and shaming te bereiken. Maar de Hoge Raad is duidelijk: het verspreiden van foto’s van de veroordeelde hoort niet thuis in de punitieve middelen die de strafrechter mag toepassen.LEES VERDER

#261: Opgelicht én verduisterd?!

Commune delicten winnen aan terrein in fiscale en financiële fraudezaken. Niet alleen valsheid in geschrift en witwassen behoren tot het standaard arsenaal van het Openbaar Ministerie, inmiddels zien we ook het verwijt van oplichting of verduistering steeds vaker voorbij komen. Oplichting veronderstelt dat een voorwerp of geld onrechtmatig is verkregen door oplichtingshandelingen, terwijl bij verduistering het voorwerp of geld juist rechtmatig is verkregen maar iemand het zich wederrechtelijk toe-eigent. Kunnen deze twee delicten – die elkaar uitsluiten – gelijktijdig ten laste worden gelegd?LEES VERDER

#254: Zoete broodjes bakken

Of sprake is van oplichting is niet in iedere zaak meteen duidelijk. De jurisprudentie over dit onderwerp is ook erg casuïstisch. En dat is niet verwonderlijk. De vraag of sprake is van oplichting is typisch zo’n vraag die ‘afhankelijk is van de omstandigheden van het geval’. Ook de rol van het slachtoffer speelt een rol. De vraag is of de ‘zoete broodjes’ die de oplichter met zijn leugens bakt dusdanig geloofwaardig waren dat het slachtoffer niet aan te rekenen is dat hij een goed heeft afgegeven. Het arrest van de Hoge Raad van 9 januari 2018 – waarin de verdachte onder meer wordt verweten de bakker te hebben bewogen tot afgifte van gebakjes en bonbons – is toepasselijk.

LEES VERDER

#241: Opgelicht?!

Van strafbare oplichting is niet zomaar sprake. In vaklunch #216 bespraken wij het overzichtsarrest  van de Hoge Raad. Het arrest leidde tot kritische(re) oordelen van rechtbanken en hoven. Een enkele leugen of een enkele misleidende handeling om iemand te bewegen tot afgifte van een goed is niet voldoende om van oplichting te spreken. Er moet immers sprake zijn van een samenweefsel van verdichtsels. Ook blijkt uit het arrest dat de rol van de benadeelde meespeelt in het oordeel of sprake is van oplichting. Want wanneer wordt het slachtoffer ‘bewogen tot afgifte van een goed’ en wanneer had het slachtoffer ‘beter moeten weten’?

LEES VERDER

#216: Knollen voor citroenen verkopen

Dat commune delicten terrein veroveren in (onder meer fiscale) fraudezaken is geen onbekend fenomeen. Een voorbeeld daarvan is dat valsheid in geschrifte en/of witwassen vaak ten laste wordt gelegd. De laatste tijd duikt ook het verwijt dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan oplichting in de zin van artikel 326 Wetboek van Strafrecht steeds vaker op. Maar dat blijkt nog niet zo simpel als het lijkt. Want wanneer is er nou sprake van oplichting? Dat heeft het Openbaar Ministerie ook niet altijd helder voor ogen. De Hoge Raad heeft daartoe eind vorig jaar een lezenswaardig en helder overzichtsarrest gewezen. Rechtbanken en hoven oordelen daardoor kritisch(er) in oplichtingszaken.LEES VERDER

Loading new posts...
No more posts