6 januari 2016
#147: Kennis van buitenlands recht is vereist
Op 22 december 2015 heeft de Hoge Raad een arrest gewezen inzake het fiscale specialiteitsvoorbehoud. Artikel 2 van het Europees Verdrag aangaande de wederzijdse rechtshulp in strafzaken bepaalt dat rechtshulp mag worden geweigerd in het geval van fiscale delicten. Over het algemeen werd – bijvoorbeeld – door de Zwitserse en Luxemburgse autoriteiten alleen informatie verstrekt op verzoek van Nederland onder het voorbehoud dat deze informatie niet voor fiscale doeleinden werd gebruikt. Hoe ver reikt dit voorbehoud? Ziet dit voorbehoud alleen op fiscale delicten als bedoeld in de AWR of heeft het specialiteitsvoorbehoud een breder bereik?