#499: Civiele acties door het OM: een gewaarschuwd mens…

De enquêteprocedure (artikel 2:345 BW) is een bijzondere civiele procedure om onderzoek in te stellen naar de gang van zaken en het beleid binnen een bedrijf. Deze mogelijkheid is in het leven geroepen om geschillen binnen ondernemingen op te lossen. Het kan dan gaan om conflicten tussen aandeelhouders, maar ook om gesteld wanbeleid van bestuurders. Op basis van de wet hebben slechts bepaalde entiteiten de bevoegdheid om een enquête – een onderzoek – te verzoeken. Dat zijn bijvoorbeeld aandeelhouders van een NV of een BV die aan bepaalde eisen voldoen of de vennootschap zelf. Maar ook het Openbaar Ministerie kan om een enquête verzoeken in het kader van het algemeen belang. En inmiddels is duidelijk dat het OM die route niet schuwt.

Een enquêteprocedure kan een effectieve manier zijn om het beleid binnen een onderneming te laten onderzoeken en een oplossing te forceren voor geschillen of andere problemen. Het voordeel van een dergelijke procedure bij de Ondernemingskamer is dat deze ervaring heeft met complexe zaken. Zaken worden in de regel snel afgehandeld en de Ondernemingskamer durft stevige uitspraken te doen. Zo komt het voor dat de Ondernemingskamer bestuurders of commissarissen schorst of ontslaat. Maar het is ook mogelijk dat een tijdelijke bestuurder of commissaris wordt aangesteld of dat reglementen buiten werking worden gesteld.

Het OM begeeft zich steeds meer buiten het klassieke domein van het strafrecht om zijn doelstellingen te bereiken. De inzet van het tuchtrecht naast een strafrechtelijk onderzoek is bijvoorbeeld geen onbekende route meer. Inmiddels is op de website van het OM expliciet vermeld dat ‘het externe toezicht op rechtspersonen als stichtingen, verenigingen en B.V.’s’ onder de taken van het Openbaar Ministerie valt’. Deze pagina lijkt sinds 2022 actief te zijn, gelet op de eraan gekoppelde nieuwsberichten over de handhaving bij Stichting Hulptroepen Alliantie en Stichting Viruswaarheid. Kan daarin een aanknopingspunt worden gezien dat de gang naar de Ondernemingskamer pas recent (weer) op het netvlies van het OM is gekomen?

De Hoge Raad bepaalde al in 2002 dat naast de in de wet genoemde partijen ook andere partijen om een enquêteprocedure kunnen verzoeken, indien het verzoek het openbaar belang dient. Daaraan ontleent het OM het recht om naar de Ondernemingskamer te stappen. Het algemeen belang kan onder meer worden gevonden in het verlies van werkgelegenheid, vertrouwen in een bepaalde markt, strafbare gedragingen en het maatschappelijk belang.

Dat het OM de enquêteprocedure als effectief middel (wederom) in het vizier heeft, is de afgelopen maanden concreet duidelijk geworden. Afgelopen zomer liet IT-concern Centric – een belangrijke dienstverlener voor de overheid – weten dat het OM een vooronderzoek was gestart om te bepalen of er voldoende grond was om een enquête door de Ondernemingskamer te laten verzoeken naar de gang van zaken bij het bedrijf en het bestuur. Hoewel de in strafrechtelijke onderzoeken en andere procedures tegen zijn ex-partner verwikkelde Sanderink was afgetreden als bestuursvoorzitter van Centric, maakte het bedrijf in oktober bekend dat Sanderink weer als bestuursvoorzitter aan het roer stond. Dat schoot bij het OM in het verkeerde keelgat. Na een vergeefse laatste waarschuwing van het OM, stapt deze naar de Ondernemingskamer. De Ondernemingskamer windt er vervolgens geen doekjes om en wijst het verzoek van het OM op 3 november 2022 toe. Op diezelfde dag maakt Centric ook op de eigen website bekend welke onmiddellijke voorzieningen zijn getroffen: bestuursvoorzitter Sanderink wordt geschorst, zijn aandelen worden onder beheer gesteld en tijdelijke bestuurders worden aangesteld.

Uit de inmiddels gepubliceerde uitspraak blijkt waarom de Ondernemingskamer deze ingrijpende beslissing heeft genomen. Kortgezegd zijn de negatieve publiciteit rondom de persoon van Sanderink en de procedures tussen hem en zijn ex-partner volgens de Ondernemingskamer schadelijk voor de continuïteit van Centric. Ook klanten blijken zich te hebben teruggetrokken of overwegen dat te doen. Het feit dat Centric beslag heeft gelegd in het kader van die procedures speelt daarin een grote rol. Dat geldt ook voor het gedrag van Sanderink, die aanvankelijk terugtrad als bestuursvoorzitter, maar zichzelf niet lang daarna weer terug in het zadel hielp ondanks de negatieve adviezen: “Uit deze gang van zaken blijkt dat het bestuur van Centric niet in staat is gebleken om voldoende zelfstandig en onafhankelijk te opereren en dat daarbij het belang van Centric en de door haar gedreven onderneming onvoldoende gescheiden wordt gehouden van de privé belangen van [B]. Dit heeft geleid tot grote onrust en onvrede onder het personeel, de klanten en de zakelijk dienstverleners van Centric.” De overige verzoeken zullen op een nog nader te bepalen datum worden behandeld door de Ondernemingskamer.

Deze (voorlopig) succesvolle inzet van de enquêteprocedure zal voor het OM ongetwijfeld naar meer smaken. Een gewaarschuwd mens telt voor twee. Wij blijven de ontwikkelingen in ieder geval volgen.

Heb je hier vragen over of wil je hierover van gedachten wisselen met ons? Neem dan contact op met ons op via vaklunch@hertoghsadvocaten.nl.

No Comments

Post a Comment