#448: Olie en gas in de spotlight

Afgelopen maand vond de Offshore energy conferentie plaats in de RAI. Een conferentie die aantoont dat Nederland niet alleen vooruitstrevend is in de energiemarkt, maar ook een lange traditie kent in de olie en gas industrie én een belangrijke schakel vormt in deze supply chain. Deze sector is vaak in het nieuws te vinden. Deze week was het Yukos arrest van de Hoge Raad uitgebreid in het nieuws.

Yukos was een van de grootste olie- en gasmaatschappijen in de Russische Federatie. Drie grootaandeelhouders hebben een arbitragezaak aangespannen tegen de Russische Federatie omdat in de optiek van deze grootaandeelhouders Yukos ten onrechte was onteigend door de Russische Federatie. In de arbitragezaak is de Russische Federatie veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding van 50 miljard dollar. De Russische Federatie heeft vervolgens bij de Nederlandse rechter gevorderd het arbitragevonnis te vernietigen. Eén van de verweren was dat het Scheidsgerecht niet bevoegd was. De rechtbank Den Haag heeft in 2016 het arbitragevonnis vernietigd. Het hof Den Haag heeft daarentegen vervolgens geoordeeld dat het Scheidsgerecht in de arbitragezaak wel degelijk bevoegd was. De Hoge Raad heeft nu op 5 november jl. arrest gewezen en de zaak verwezen naar het hof in Amsterdam.

Nu vraagt u zich wellicht af waarom de Yukos zaak interessant is voor bijvoorbeeld de strafrechtpraktijk? De reden is dat in dit soort zaken vaak verwijten van fraude worden gemaakt en het interessant is om te zien hoe civiele advocaten en rechters daarmee omgaan. Daar kunnen we in de strafrechtpraktijk ons voordeel mee doen.

Zo stelde de Russische Federatie in de Yukos zaak dat de arbitrale vonnissen in strijd zijn met de openbare orde omdat gedurende de arbitragezaak valse verklaringen zouden zijn ingediend en stukken zouden zijn achtergehouden. Een strafzaak op een presenteerblaadje zou je zeggen. Het hof Den Haag is om formele redenen aan dit standpunt voorbij gegaan en dit is precies de reden waarom de Hoge Raad de zaak casseert en verwijst naar het hof in Amsterdam. De civiele rechter zal zich dus toch over strafrechtelijke standpunten moeten uitlaten, te weten of getuigen onrechtmatig zijn beïnvloed en valsheid in geschrifte is gepleegd. Zo komt het civiele recht en het strafrecht samen.

Afgelopen zomer zagen wij iets vergelijkbaars voorbij komen in een arbitragezaak die zich eveneens voordeed in de olie en gas sector. In de zaak Wells/Bariven, een Texaanse leverancier versus een Venezolaans staatsenergiebedrijf, stond een arbitragevonnis ter discussie waarin Bariven veroordeeld werd tot het betalen van een schadevergoeding aan Wells. Bariven stelde zich op het standpunt dat het arbitrale vonnis vernietigd diende te worden omdat deze in strijd met de openbare orde zou zijn aangezien de onderliggende overeenkomst tot stand zou zijn gekomen door middel van corruptie en derhalve nietig/vernietigbaar zou zijn. De Hoge Raad gaat niet inhoudelijk in op het verwijt van corruptie maar het hof geeft wel inzicht in hoe het Scheidsgerecht hier in het arbitrale vonnis mee om is gegaan.

Uit het arrest van het hof blijkt dat het Scheidsgerecht groot belang hecht aan de bewijslastverdeling. Het lag op de weg van Bariven om concreet bewijs aan te dragen dat Wells betrokken was bij de vermeende steekpenningen. Bariven draagt daartoe een heel aantal omstandigheden aan maar concreet bewijs is er niet. Op basis daarvan wordt het verweer in de arbitragezaak ter zijde geschoven. De strafrechter kan hier een voorbeeld aan nemen. In strafzaken ligt de bewijslast ook echt bij het Openbaar Ministerie, feiten en omstandigheden die duiden op corruptie zijn onvoldoende. Het is en blijft aan het Openbaar Ministerie om concreet bewijs aan te dragen.

In ieder geval tonen deze zaken aan dat strafrechtelijke verwijten een grote rol kunnen spelen in civiele zaken. Civiele arresten zijn wat dat betreft dus ook zeer interessant voor de strafrechtadvocaat.

Heb je vragen over of wil je van gedachten wisselen met ons? Neem dan contact op met boezelman@hertoghsadvocaten.nl of boer@hertoghsadvocaten.nl.

#446: Wanneer wordt witte was bont?

De relatie tussen de delicten witwassen en valsheid in geschrifte blijft voor interessante jurisprudentie zorgen. In welke situatie kan een vals geschrift als gronddelict voor witwassen kwalificeren en wanneer is het valse geschrift wellicht eerder een middel om de herkomst van de gelden te verhullen? Hierover schreven mr. An Klaasse en mr. Judith de Boer een uitgebreid artikel ‘Een onvervalst causaal verband?’ in Delict en Delikwent. Ook in Vaklunches #420 en #370 schreven wij over dit onderwerp. Een recent arrest van de Hoge Raad gaat ook over dit onderwerp en dit brengen wij in deze Vaklunch graag onder de aandacht.LEES VERDER

#444: Openbaar Ministerie schendt de privacy

Privacy is vandaag de dag een groot goed. Google en Facebook weten alles van je en gevoelige informatie belandt door hackers dikwijls open en bloot op straat. De roep om bescherming van onze privacy is dan ook niet vreemd. De PGP telefoon komt aan deze wens tegemoet nu deze de privacy van de gebruiker waarborgt doordat de communicatie door middel van encryptie is beveiligd. Deze telefoons worden echter juist vanwege deze bescherming ook vaak in verband gebracht met het criminele circuit. Maar betekent dit dan vervolgens dat het Openbaar Ministerie de privacy van alle gebruikers mag schenden?LEES VERDER

#432: Tweemaal is scheepsrecht?

Het Openbaar Ministerie is door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van drie accountants. Het Openbaar Ministerie krijgt een flinke veeg uit de pan omdat het tot op heden geen duidelijkheid kan geven over de gemaakte belangenafweging bij de vervolgingsbeslissing.LEES VERDER

#420: Vals voordeel?

In Vaklunch #370 hebben wij reeds aan de orde gesteld of/wanneer een vals geschrift een gronddelict voor witwassen kan vormen. Hiervoor hebben wij ook verwezen naar de conclusie van advocaat-generaal Bleichrodt in de zaak tegen SNS Property Finance. Advocaat-generaal Bleichrodt stelt in het verlengde hiervan nu de relatie tussen valsheid in geschrifte en ontneming aan de orde in een interessante conclusie.LEES VERDER

#408: (Mede-)gebruik van valse geschriften

Op 1 februari 2021 heeft de Rechtbank Amsterdam een interessant vonnis gewezen. De kern van de zaak ziet onder meer op de vraag of de verdachten onjuiste informatie aan de accountant hebben verstrekt door middel van valse geschriften, waardoor de accountant onjuiste jaarrekeningen zou hebben opgesteld. Hoewel het vonnis diverse interessante aspecten kent, viel ons oog op de overwegingen van de rechtbank over het gebruik van valse geschriften in relatie tot medeplegen. LEES VERDER

#315: Another one bites the dust

In Vaklunch #227  schreven wij over de vrijspraak van oud Achmea bestuurder. In Vaklunch #251  schreven wij over het NS-debacles van het Openbaar Ministerie en sinds vorige week kan het Openbaar Ministerie nog twee debacles op het lijstje bijschrijven. Op donderdag  is Klaas Hummel volledig vrijgesproken door de rechtbank in Amsterdam en op vrijdag  is de voormalig KPMG-topman met medeverdachten volledig vrijgesproken. Alle vier de uitspraken gaan in belangrijke mate over het strafbare feit; valsheid in geschrifte. Wat kunnen wij leren van deze uitspraken?LEES VERDER

#251: Het NS-debacle van het Openbaar Ministerie

Op 21 november 2017 blies het Openbaar Ministerie hoog van de toren. Er werden fikse straffen geëist in de NS-Zaak; gevangenisstraffen tot 12 maanden, taakstraffen en geldboetes. De verdachten hadden zich volgens het Openbaar Ministerie schuldig gemaakt aan het valselijk opmaken van overeenkomsten, het bekendmaken van bedrijfsgeheimen en niet-ambtelijke omkoping. Vlak voor het kerstreces op 21 december 2017 sprak de rechtbank Oost-Brabant zes verdachten en het bedrijf NS vrij van omkoping en valsheid in geschrifte. De rechtbank verklaarde het OM niet-ontvankelijk ten aanzien van schending van de geheimhoudingsplicht. Wij besteden graag aandacht aan het oordeel van de rechtbank over valsheid in geschrifte.LEES VERDER

#240: Grenzen aan valsheid in geschrift

Het Openbaar Ministerie (b)lijkt dol te zijn op artikel 225 Wetboek van Strafrecht, waarin valsheid in geschrifte strafbaar is gesteld. Menig fiscaal delict wordt met behulp van dit commune delict geprobeerd aan te pakken bij wijze van vangnetbepaling. Ook processtukken blijken niet veilig. Zo vervolgende het Openbaar Ministerie een verdachte voor het afleggen van een valse verklaring op basis van artikel 225 Sr. Ook werd op basis van artikel 225 Sr een bezwaarschrift tegen een aangiftebiljet aangepakt. Gelukkig fluiten rechters het Openbaar Ministerie terug.LEES VERDER

#227: Fiscale interpretatiemethodes en valsheid in geschrifte

In het fiscale strafrecht gaat een verdenking van belastingfraude veelal gepaard met een verdenking van valsheid in geschrifte. Zo kan bijvoorbeeld sprake zijn van een onjuiste factuur of overeenkomst waarmee de fiscale fraude is gepleegd. Maar dit hoeft zeer zeker niet altijd het geval te zijn. Zelfs als een fiscale herkwalificatie van de feiten plaatsvindt dan betekent dat nog niet dat de onderliggende stukken vals zijn. In de recente vrijspraak van een oud Achmea bestuurder voor valsheid in geschrifte wordt dit onderscheid goed duidelijk gemaakt.LEES VERDER

Loading new posts...
No more posts