#614: Uitzonderlijke omstandigheden in de strafmaat
Een recente uitspraak van de Rechtbank Rotterdam (ECLI:NL:RBROT:2025:2226) laat zien dat de strafmaat bij fraudezaken niet altijd voorspelbaar is. En dat is maar goed ook. Hoewel het benadelingsbedrag tussen de €500.000 en €1.000.000 lag, wat volgens de Oriëntatiepunten voor straftoemeting en LOVS-afspraken doorgaans zou leiden tot een gevangenisstraf van 18 tot 24 maanden, bleef een gevangenisstraf uit. In plaats daarvan werd volstaan met een taakstraf van 470 uren en slechts een voorwaardelijke gevangenisstraf. De reden? Uitzonderlijke omstandigheden die de rechter heeft meegewogen, maar die doorgaans nauwelijks gewicht krijgen. Deze uitspraak laat zien dat er ruimte bestaat voor een pragmatische benadering bij de strafoplegging. En vormt tevens een wijze les voor de advocatuur van de omstandigheden die er volgens de rechtbank écht toe doen.